Wie betaalt?
Heel zeker zijn we nog niet over hoe de diverse domeinen van de sociale zekerheid worden behandeld in de preformatie. Er zou een principeakkoord zijn over kinderbijslagen, gezondheidszorgen, arbeidsmarktbeleid en werkloosheid. Het zou over hanteerbare voorstellen en modellen gaan. Voorzichtigheid blijft geboden, want “zolang er geen akkoord is over alles is er over niets een akkoord.” Dat geldt voor sociale onderhandelingen, dat geldt evenzeer voor politieke onderhandelingen. Dus is het veel te vroeg om te oordelen.
Maar nu loopt het opnieuw moeilijk tussen de onderhandelaars. Het gaat over de centen. De huidige financieringswet dateert van 1989 en was bij de aanvang ook een besparingswet. Niet alle middelen gingen over van federaal naar regionaal. Ook toen was er, niet helemaal vergelijkbaar met nu een budgettaire operatie nodig en Dehaene heeft regionalisering en besparing handig gecombineerd. Deze financieringswet corrigeerde ook geleidelijk aan de financieringsstromen. Die wet heeft haar werk gedaan, het is te gemakkelijk ze nu te bekritiseren, maar nu is ze niet meer aangepast. Gewesten en Gemeenschappen worden te automatisch bediend van middelen, wat ook de algemene financiële toestand van het land is. Ze moeten over het gebruik van die middelen verantwoording afleggen ten aanzien van hun eigen parlementen, maar niet ten aanzien van de federale staat.
De wijziging van de financieringswet veroorzaakt veel commotie nu. Het wordt teveel gezien als Vlamingen tegen Walen. Want iedereen die het ernstig meent met de interpersoonlijke solidariteit, zeg maar de federale sociale zekerheid, die moet het ook hebben over de financieringswet. Verantwoordelijkheid en solidariteit moeten goed naast elkaar afgewogen worden. Als de huidige 35 miljard die vanuit het federale niveau naar gewesten en gemeenschappen gaan, nu nog eens verhoogd worden met 15 tot 18 miljard (al naargelang de bron,) dan kan dit niet zonder nieuwe regels. Dit is een massa geld, hoe wordt overigens ook gecombineerd met de 25 miljard besparingen?
Wij begrijpen dat alles niet tegelijk kan en dat onderhandelingen stap voor stap moeten verlopen. Dit geldt zeker voor deze ingewikkelde materie. Maar stel u voor dat Wallonië vindt dat Vlaanderen niet goed omspringt met één van de overgehevelde bevoegdheden van de Sociale Zekerheid, dat is niet denkbeeldig want de ouderenzorg zal zwaarder doorwegen in Vlaanderen. Of Vlaanderen meent dat Wallonië het niet goed doet bijvoorbeeld met de activering van werklozen, een klassiek, meestal niet terecht verwijt. Dan zal het niet lang duren of de financiering van de sociale zekerheid wordt uiteengereten. Bovendien toonden onderzoekers aan dat het overgrote deel van de vergrijzing rechtstreeks of onrechtstreeks ten laste komt van het federale budget. Dat is niet veranderd met de huidige onderhandelingen.
Waalse en Vlaamse deskundigen werkten samen modellen uit
Dus het is onnodig en contraproductief er een partijtje Walen of Vlamingen “bashing” van te maken. Het valt immers op dat zowel Vlaamse als Franstalige specialisten het probleem van de financieringswet erkennen en er modellen hebben voor uitgewerkt. Zo is er Eric Kirsch, huidige kabinetschef van Yves Leterme, die al een tijd geleden een voorstel heeft uitgewerkt. Er is ook de groep Re-Bel: Rethinking Belgium (België opnieuw bedenken), een initiatief van professor Van Parijs, econoom-filosoof van de UCL (Université Catholique de Louvain) en professor De Grauwe van de KULeuven. Zij brachten groepen onderzoekers samen, zoals Vives: het Vlaams Instituut voor Economie en Samenleving van de KULeuven (dat helemaal niet onafhankelijk is en zich veel te veel voor de werkgeverskar laat spannen), professor Robert Deschamps van de Facultés Universitaires Notre-Dame de Namur en de groep van professor André Decoster van de KUleuven en de hogergenoemde prof. Van Parijs van de UCL samen. Zonder het voor één van die modellen op te nemen, valt vooral op dat zij telkens uitgaan van een combinatie van solidariteit en responsabilisering. Ook de politici zullen dit debat moeten aangaan. Gelukkig hebben, zoals blijkt, Vlaamse en Waalse specialisten er al samen over nagedacht
Geen opmerkingen:
Een reactie posten